losliep
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: losliep (hulp, bestand)
Woordafbreking
- los·liep
Werkwoord
vervoeging van |
---|
loslopen |
losliep
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van loslopen
- ... dat ik losliep.
- ... dat jij losliep.
- ... dat hij, zij, het losliep.
- ... dat ik losliep.
Gangbaarheid
- Het woord losliep staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.