luisterden af

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  luisterden af    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈlœystərdə(n) ˈɑf/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • luis·ter·den af
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
afluisteren

luisterden (…) af

  1. meervoud verleden tijd van afluisteren
    • Wij luisterden af. 
    • Jullie luisterden af. 
    • Zij luisterden af. 

Gangbaarheid

  • Het woord luisterden af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.