lulo's

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lulo's    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈlulos/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • lu·lo's
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

delulo'smv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord lulo
     Bij het huis beneden, niet ver van de stortkuil, waar je nog ratten kon zien scharrelen, joekels zo groot als opossums, werden lulo's geplant (Solanum quitoense, uit de nachtschadefamilie), waarvan de behaarde bladeren, met stekels op de dikke, paarse nerven, op grote vampiervleugels leken.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord 'lulo's' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Tomas Gonzalez (vert. Jos den Bekker)
    “Duivelspaardjes” (2017), Atlas Contact, Amsterdam, ISBN 9789025448400, hfst. 71
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.