lulo
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: lulo (hulp, bestand)
- IPA: / ˈlulo / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- lu·lo
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | lulo | lulo's |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de lulo v / m
- (bloemplanten) soort struik Solanum quitoense die tot 3 meter hoog kan worden en die voorkomt in het noorden van Zuid-Amerika
- ▸ De lulo dient in West-Europa als kuipplant geteeld te worden doordat hij in de winter binnen gezet moet worden.[1]
- (fruit) op een tomaat lijkende vrucht van Solanum quitoense
- ▸ Ik ontdekte zowaar iets nieuws: de lulo, een tomaatachtige vrucht uit de Andes met een tropische citrussmaak.[2]
- 1. Een lulo in Colombia.
- 2. Een hele en een doorgesneden lulo.
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'lulo' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Lulo (Solanum quitoense ‘Zoetewei’)” op denoudekastanje.be
- ↑ Weblink bron Joël Broekaert“Teleurgesteld en verrast in gastronomisch Berlijn” (14 maart 2019) op nrc.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.