maakte glad

Uitspraak

• Geluid:  maakte glad    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• maak·te glad

Woordherkomst en -opbouw

• uit maakte (werkwoord) en glad, hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

maakte glad

1. enkelvoud verleden tijd van gladmaken
   

   • Ik maakte glad. 
     
   • Jij maakte glad. 
     
   • Hij, zij, het maakte glad. 

Gangbaarheid

• Het woord maakte glad staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.