maakte vast

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  maakte vast    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • maak·te vast
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
vastmaken

maakte vast

  1. enkelvoud verleden tijd van vastmaken
    • Ik maakte vast. 
    • Jij maakte vast. 
    • Hij, zij, het maakte vast. 

Gangbaarheid

  • Het woord maakte vast staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.