mandateerden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  mandateerden    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • man·da·teer·den

Werkwoord

vervoeging van
mandateren

mandateerden

  1. meervoud verleden tijd van mandateren
    • Wij mandateerden. 
    • Jullie mandateerden. 
    • Zij mandateerden. 

Gangbaarheid

  • Het woord mandateerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.