modules

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  modules    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • mo·du·les

Zelfstandig naamwoord

demodulesmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord module

Gangbaarheid

  • Het woord modules staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.


Spaans

Werkwoord

vervoeging van
modular

modules

  1. aanvoegende wijs tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van modular
  2. gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van modular
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.