munitiekistje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  munitiekistje    (hulp, bestand)
  • IPA: /myˈni(t)siˌkɪʃə/, /myˈni(t)siˌkɪscə/
Woordafbreking
  • mu·ni·tie·kist·je

Zelfstandig naamwoord

hetmunitiekistjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord munitiekist
    • Zou je rijk willen worden dan moet je je met een oud munitiekistje vol gereedschap en een fietspomp op de hoek van de straat posteren. [1]

Gangbaarheid

  • Het woord munitiekistje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.