nabober

Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈna:bɔbəɾ /
Woordafbreking
  • na·bo·ber
Naar frequentie zeldzaam

Zelfstandig naamwoord

nabober

  1. nominatief onbepaald mannelijk meervoud van nabob
Anagrammen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.