nachtkastlampje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  nachtkastlampje    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈnɑxtkɑstˌlɑmpjə/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • nacht·kast·lamp·je
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

hetnachtkastlampjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord nachtkastlamp
     Harrie knipt demonstratief het nachtkastlampje uit en draait zijn vrouw de rug toe.[1]
Opmerkingen
  • Dit verkleinwoord is meer gangbaar dan "nachtkastlamp".

Gangbaarheid

  • Het woord 'nachtkastlampje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron Fictie met een Rotterdamse inslag : Maasboulevard in: Het vrije volk, jrg. 44 nr. 12752 (24 december 1988), De Arbeiderspers, Rotterdam, p. 22 kol. 3
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.