norte

Spaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /ˈnorte/
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit Frans nord, laat 15e eeuw. [1]
Woordafbreking
  • nor·te

Zelfstandig naamwoord

norte m

  1. (windstreek) noord
Synoniemen
  • septentrión
Verwante begrippen

Verwijzingen

  1. Joan Corominas & José Pascual
    “Diccionario crítico etimológico castellano e híspanico (6 tomos)”, Tomo II: CE-F (1984), Gredos, Madrid, p. 780 e.v.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.