objectiveer
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: objectiveer (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ob·jec·ti·veer
Werkwoord
vervoeging van |
---|
objectiveren |
objectiveer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van objectiveren
- Ik objectiveer.
- gebiedende wijs van objectiveren
- Objectiveer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van objectiveren
- Objectiveer je?
Gangbaarheid
- Het woord objectiveer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.