omnipracticusje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  omnipracticusje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • om·ni·prac·ti·cus·je

Zelfstandig naamwoord

hetomnipracticusjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord omnipracticus
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.