omring

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  omring    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • om·ring

Werkwoord

vervoeging van
omringen

omring

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omringen
    • Ik omring. 
  2. gebiedende wijs van omringen
    • Omring! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omringen
    • Omring je? 

Gangbaarheid

  • Het woord omring staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.