omringen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  omringen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • om·rin·gen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
omringen
omringde
omringd
zwak -d volledig

Werkwoord

omringen

  1. overgankelijk aan alle kanten omgeven
    • Hij werd omringd door zijn vijanden. 
     Ze waren naar buiten gegaan om te plassen maar werden daar plotseling omringd door een blauwe lichtbol.[2]
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord omringen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. omringen op website: Etymologiebank.nl
  2. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
  3. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.