omspeel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  omspeel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • om·speel

Werkwoord

vervoeging van
omspelen

omspeel

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omspelen
    • ... dat ik omspeel. 
vervoeging van
omspelen

omspeel

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omspelen
    • Ik omspeel. 
  2. gebiedende wijs van omspelen
    • Omspeel! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omspelen
    • Omspeel je? 

Gangbaarheid

  • Het woord omspeel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.