onbelangrijk

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  onbelangrijk    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˌɔmbəˈlɑŋrɛik/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • on·be·lang·rijk
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen onbelangrijkonbelangrijkeronbelangrijkst
verbogen onbelangrijkeonbelangrijkereonbelangrijkste
partitief onbelangrijksonbelangrijkers-

Bijvoeglijk naamwoord

onbelangrijk

  1. niet van belang, van geringe betekenis
    • Daarmee was zijn bijdrage alleen maar onbelangrijker geworden. 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord onbelangrijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.