onschadelijk

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  onschadelijk    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • on·scha·de·lijk
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen onschadelijkonschadelijkeronschadelijkst
verbogen onschadelijkeonschadelijkereonschadelijkste
partitief onschadelijksonschadelijkers-

Bijvoeglijk naamwoord

onschadelijk

  1. geen schade berokkenend, ongevaarlijk
    • Het werd bespoten met een onschadelijke oplossing. 
    • Nemo vond het een zielig gezicht en hij had zich afgevraagd of er geen andere oplossing was voor de opstandelingen. Maar de aanvoerders hadden hem verzekerd dat zij wel zouden zorgen voor een verdere behandeling van de nu onschadelijke vijand. [1] 
     Eerder andersom, het zou van ons een primaire bedreiging maken die ten koste van alles onschadelijk moest worden gemaakt.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord onschadelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. Herzen, Frank
    De zoon van de woordbouwer 1970 ISBN 9062805450 pagina 106
  2. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “De tweede doodzonde” (2020), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044645149
  3. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.