opblonken

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  opblonken    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • op·blon·ken

Werkwoord

vervoeging van
opblinken

opblonken

  1. (in een bijzin) meervoud verleden tijd van opblinken
    • ...dat wij opblonken. 
    • ...dat jullie opblonken. 
    • ...dat zij opblonken. 

Gangbaarheid

  • Het woord opblonken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.