oproepinkje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  oproepinkje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • op·roe·pin·kje

Zelfstandig naamwoord

hetoproepinkjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord oproeping
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.