opvliegend

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  opvliegend    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • op·vlie·gend

Werkwoord

vervoeging van: opvliegen
verbogen vorm: opvliegende

opvliegend

  1. onvoltooid deelwoord van opvliegen
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen opvliegendopvliegenderopvliegendst
verbogen opvliegendeopvliegendereopvliegendste
partitief opvliegendsopvliegenders-

Bijvoeglijk naamwoord

opvliegend

  1. driftig, prikkelbaar
    • Dat was een opvliegende klant. 

Gangbaarheid

  • Het woord opvliegend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.