opzat

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  opzat    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • opĀ·zat

Werkwoord

vervoeging van
opzitten

opzat

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van opzitten
    • ... dat ik opzat. 
    • ... dat jij opzat. 
    • ... dat hij, zij, het opzat. 

Gangbaarheid

  • Het woord opzat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.