orgels

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  orgels    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • or·gels

Zelfstandig naamwoord

deorgelsmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord orgel

Gangbaarheid

  • Het woord orgels staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.


Deens

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Naar frequentie zeldzaam

Zelfstandig naamwoord

orgels

  1. genitief onbepaald onzijdig enkelvoud van orgel


Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈɔɾgəls /
Woordafbreking
  • or·gels
Naar frequentie zeldzaam

Zelfstandig naamwoord

orgels

  1. genitief onbepaald onzijdig enkelvoud van orgel

orgels

  1. genitief onbepaald onzijdig meervoud van orgel
Schrijfwijzen


Zweeds

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Naar frequentie 147573

Zelfstandig naamwoord

orgels

  1. genitief onbepaald gemeenschappelijk geslacht enkelvoud van orgel
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.