osteo-

Nederlands

Huidig
bestand
12
Uitspraak
  • Geluid:  osteo-    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • os·teo-
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van het Griekse ὀστέον 'osteon' (bot)

Voorvoegsel

osteo-

  1. (medisch) ter vorming van woorden die zijn gerelateerd aan het bot
Hyponiemen
  • osteoloog, osteoplastiek

Gangbaarheid

  • Het woord 'osteo-' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.