overbevolkte

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  overbevolkte    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈovərbəˌvɔləktə/
Woordafbreking
  • over·be·volk·te
Woordherkomst en -opbouw

Bijvoeglijk naamwoord

overbevolkte

  1. verbogen vorm van de stellende trap van overbevolkt

Werkwoord

vervoeging van
overbevolken

overbevolkte

  1. enkelvoud verleden tijd van overbevolken
    • Ik overbevolkte. 
    • Jij overbevolkte. 
    • Hij, zij, het overbevolkte. 
  2. verbogen vorm van overbevolkt, voltooid deelwoord van overbevolken

Gangbaarheid

  • Het woord overbevolkte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.