patste

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  patste    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • patsĀ·te

Werkwoord

vervoeging van
patsen

patste

  1. enkelvoud verleden tijd van patsen
    • Ik patste. 
    • Jij patste. 
    • Hij, zij, het patste. 

Gangbaarheid

  • Het woord patste staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.