pavoiser
Frans
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
pavoiser |
pavoisais |
pavoisé |
eerste groep | volledig |
Werkwoord
pavoiser
- vlaggen
- bevlaggen, pavoiseren
- (figuurlijk) tooien, versieren (van huizen, gebouwen e.d.)
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.