percipieer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  percipieer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • per·ci·pi·eer

Werkwoord

vervoeging van
percipiëren

percipieer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van percipiëren
    • Ik percipieer. 
  2. gebiedende wijs van percipiëren
    • Percipieer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van percipiëren
    • Percipieer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord percipieer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.