plannenmakertje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  plannenmakertje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • plan·nen·ma·ker·tje

Zelfstandig naamwoord

hetplannenmakertjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord plannenmaker
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.