plannenmaker
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: plannenmaker (hulp, bestand)
Woordafbreking
- plan·nen·ma·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | plannenmaker | plannenmakers |
verkleinwoord | plannenmakertje | plannenmakertjes |
Zelfstandig naamwoord
de plannenmaker m
- (beroep) iemand die iets voorbereidt dat later kan worden uitgevoerd.
- De plannenmaker had geen rekening gehouden met de bezwaarschriften die zouden kunnen worden ingediend.
- De drie plannenmakers hadden alle drie een ander voorstel gedaan zodat de gemeenteraad echt iets te kiezen had.
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord plannenmaker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.