plempen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  plempen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • plem·pen
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘dempen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1678 [1]

Zelfstandig naamwoord

deplempenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord plemp
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
plempen
plempte
geplempt
zwak -t volledig

Werkwoord

plempen overgankelijk

  1. ter versteviging in het water storten
  2. opvullen, dempen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
  • plemping

Gangbaarheid

  • Het woord plempen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
75 %van de Nederlanders;
25 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.