poedelen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  poedelen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • poe·de·len
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘wassen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1897 [1]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
poedelen
poedelde
gepoedeld
zwak -d volledig

Werkwoord

poedelen

  1. inergatief aangenaam in ondiep water spelen
    • De kinderen poedelden heerlijk in het zwinnetje. 

Gangbaarheid

  • Het woord poedelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
56 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.