praatte

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  praatte    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈpratə/ (2 lettergrepen)
Gelijkklinkende woorden
Woordafbreking
  • praat·te
Woordherkomst en -opbouw
  •  praat ww  met de uitgang -te

Werkwoord

vervoeging van
praten

praatte

  1. enkelvoud verleden tijd van praten
    • Ik praatte. 
    • Jij praatte. 
    • Hij, zij, het praatte. 
     Pogue floot een oude countryhit en Goldie verslond drie pannen pasta en praatte met volle mond aan één stuk door.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord praatte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.