prikte af

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  prikte af    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • prik·te af

Werkwoord

vervoeging van
afprikken

prikte af

  1. enkelvoud verleden tijd van afprikken
    • Ik prikte af. 
    • Jij prikte af. 
    • Hij, zij, het prikte af. 

Gangbaarheid

  • Het woord prikte af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.