proclitisch

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  proclitisch    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • pro·cli·tisch
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘toonloos aangesloten aan volgend woord’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1929 [1]
  • afgeleid van proclisis met het achtervoegsel -isch [2]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen proclitischproclitischer
verbogen proclitischeproclitischere
partitief proclitischproclitischers-

Bijvoeglijk naamwoord

proclitisch

  1. (taalkunde) van de aard van, in proclisis

Gangbaarheid

  • Het woord proclitisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.