professen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  professen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • pro·fes·sen
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Latijn

Werkwoord

professen [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
professen
profeste
geprofest
zwak -t volledig
  1. (religie) iemand de kloostergeloften laten afleggen

Gangbaarheid

  • Het woord professen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
21 %van de Nederlanders;
27 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.