raampje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  raampje    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈrampjə/ (2 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland): /ˈrampjə/
    • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˈrampjə/
Woordafbreking
  • raam·pje
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van raam met het achtervoegsel -pje

Zelfstandig naamwoord

hetraampjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord raam

Gangbaarheid

  • Het woord raampje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.