raceten
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: raceten (hulp, bestand)
- IPA: /ˈrestə(n)/
Woordafbreking
- race·ten
Woordherkomst en -opbouw
- race met de uitgang -ten, volgens spellingregel 12.D
Werkwoord
vervoeging van |
---|
racen |
raceten
- meervoud verleden tijd van racen
- Wij raceten.
- Jullie raceten.
- Zij raceten.
- Wij raceten.
Gangbaarheid
- Het woord raceten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.