repetitief

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  repetitief    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • re·pe·ti·tief
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen repetitiefrepetitieverrepetitiefst
verbogen repetitieverepetitievererepetitiefste
partitief repetitiefsrepetitievers-

Bijvoeglijk naamwoord

repetitief

  1. zich herhalend
     In De andere naam van Jon Fosse is de stijl zeker eigen. De Noorse meester van het langzame proza daalt in repetitieve, ritmische zinnen af in het hoofd van een piekerende schilder.[1]
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord repetitief staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
82 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Emilia Menkveld
    “Vijf Nederlandse vertalers maken kans op Filterprijs 2020” (13 maart 2020), de Volkskrant
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.