reten

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  reten    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈretə(n)/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • re·ten
Woordherkomst en -opbouw
  • [A] vermoedelijk een mengvorm van  roten ww  en  repen ww  [1]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
reten
reette
gereet
zwak -t volledig

Werkwoord

[A] reten

  1. overgankelijk vlas of hennep ter fermentatie in het water leggen
    • Vroeger werd vlas gereet of geroot; nu blijft het in rollen op het veld liggen. 
Synoniemen

Werkwoord

vervoeging van
rijten

reten

  1. meervoud verleden tijd van rijten
    • Wij reten. 
    • Jullie reten. 
    • Zij reten. 

Zelfstandig naamwoord

deretenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord reet

Gangbaarheid

  • Het woord reten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
85 %van de Nederlanders;
74 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.