rijstesoepje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: rijstesoepje (hulp, bestand)
- IPA: / ˈrɛistəˌsupjə / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- rijs·te·soep·je
Woordherkomst en -opbouw
- rijstesoep met het achtervoegsel -je
Zelfstandig naamwoord
het rijstesoepje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord rijstesoep
- ▸ ⧖ (…) maar om kort te zijn, de tafel is nu gereed; het is nu ook weder niet alle daagsch maar een vermicelli soepje, een rijstesoepje, groentesoepje en brood soepje om met eten een begin te maken en de maag zoo wat te prepareren voor de vaste spijs; (…)[1]
Gangbaarheid
- Het woord 'rijstesoepje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron W.B.“Verhandeling over de spreekwoorden: "Zij zijn niet alle koks, die lange messen dragen" en "De kleederen maken den man"” (1833), J.B. Ulrich, Rotterdam, II op nrc.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.