riste

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  riste    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈrɪstə/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ris·te
Woordherkomst en -opbouw
  • [A] ris met de uitgang -te
  • [B] rist met de uitgang -e

Werkwoord

[A]

vervoeging van
rissen

riste

  1. enkelvoud verleden tijd van rissen
    • Ik riste. 
    • Jij riste. 
    • Hij, zij, het riste. 

Werkwoord

[B]

vervoeging van
risten

riste

  1. aanvoegende wijs van risten
Gelijkklinkende woorden

Gangbaarheid

  • Het woord riste staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.