roste

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  roste    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ros·te

Bijvoeglijk naamwoord

roste

  1. verbogen vorm van de overtreffende trap van ros

Werkwoord

vervoeging van
rossen

roste

  1. enkelvoud verleden tijd van rossen
    • Ik roste. 
    • Jij roste. 
    • Hij, zij, het roste. 

Gangbaarheid

  • Het woord roste staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.


Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /rɔstɛ/
Woordafbreking
  • ro·s·te

Werkwoord

roste

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord růst
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.