rubricatortje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: rubricatortje (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ru·bri·ca·tor·tje
Zelfstandig naamwoord
het rubricatortje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord rubricator
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.