schleifen
Duits
Uitspraak
- Geluid: schleifen (hulp, bestand)
- IPA: / ˈʃlaifən /
Woordafbreking
- schlei·fen
Woordherkomst en -opbouw
- Afkomstig van het Middelhooguitse werkwoord slífen, dat van het Oudhoogduitse werkwoord slífan (oorspronkelijke betekenis: glijden, glippen) komt
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
schleifen |
schliff |
geschliffen |
verbuiging: sterk |
volledig | met "haben" |
Werkwoord
schleifen
Synoniemen
- glätten
- polieren
Typische woordcombinaties
- [1]: Estrich schleifen
estrik slijpen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.