schotbalken

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  schotbalken    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈsxɔdbɑlkə(n)/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • schot·bal·ken
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

deschotbalkenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord schotbalk
    • Bij de doorgang naar haventerreinen was daar een stukje van de dijk vervangen door gemetselde muren, met daarin flinke sponningen. Daarin kon tijdens zeer hoog water een dubbele rij balken -schotbalken- worden aangebracht. In ernstige gevallen werd de ruimte tussen beide schotbalkwanden snel opgevuld met zandzakken en klei. [1]

Gangbaarheid

  • Het woord schotbalken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.