signeer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  signeer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • sig·neer

Werkwoord

vervoeging van
signeren

signeer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van signeren
    • Ik signeer. 
  2. gebiedende wijs van signeren
    • Signeer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van signeren
    • Signeer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord signeer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.