slingerden af

Uitspraak

• Geluid:  slingerden af    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• slin·ger·den af

Woordherkomst en -opbouw

uit slingerden (werkwoord) en af, hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

slingerden (...) af

1. meervoud verleden tijd van afslingeren
   

   • Wij slingerden af. 
     
   • Jullie slingerden af. 
     
   • Zij slingerden af. 

Gangbaarheid

• Het woord 'slingerden af' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.