snøværet
Noors
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: / ˈsnøːʋæːɾət /
Woordafbreking
- snø·væ·ret
Naar frequentie | 73010 |
---|
Zelfstandig naamwoord
snøværet
- nominatief bepaald onzijdig enkelvoud van snøvær
- «Hun bandt et tørkle om hodet og drog ut i snøværet.»
- Ze bond een sjaal om haar hoofd en ging in het sneeuwweer.
- «Hun bandt et tørkle om hodet og drog ut i snøværet.»
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.